De rode draad

De rode draad

De Essense socialistische partij bestaat 100 jaar. Daarmee is ze de oudste partij van Essen. Ook de burgemeester bleek het er immers mee eens dat de CVP niet zomaar een voortzetting van de vooroorlogse Katholieke Partij is, en dus van na de Tweede Wereldoorlog dateert. Anderzijds, wat vandaag de sp.a is heette een eeuw geleden de Belgische Werkliedenpartij, en er zijn twee naamsveranderingen overheen gegaan. Desalniettemin is de continuïteit onmiskenbaar – wie bij elke naamsverandering opnieuw begint te tellen, zal trouwens tot de wellicht verbazende conclusie komen dat PLE de oudste partij van Essen is…

100 jaar, dat vier je niet elke dag. Dus was het zaterdag tijd voor een socialistisch feestje, met een receptie in het gemeentehuis. Waarbij de burgemeester de lof mocht zingen van zijn gezworen coalitiepartner. Een terechte lofzang, want 100 jaar engagement in de lokale en bovenlokale politiek verdient waardering. En de socialisten hebben onmiskenbaar Essen mee vorm gegeven, in de eerste plaats als tegenmacht. Voor de oorlog vooral door op te komen voor wie het niet breed had. Ik vind het altijd wat vreemd dat sommige sp.a-ers hun hedendaagse relevantie willen baseren op sociale verworvenheden uit de vorige eeuw, maar het valt natuurlijk niet te ontkennen dat die vooral aan de socialisten te danken waren en voor de mensen van toen zéér relevant waren. Na de oorlog fungeerden de socialisten in Essen ook als thuis, referentiepunt, als vluchtheuvel soms voor wie “anders” dachte en/of zich niet wilde schikken naar de burgerlijke katholieke moraal. Of dat wel deed, maar vond dat het niet verplicht moest zijn. Dat was ongetwijfeld een belangrijke rol in een Vlaams plattelandsdorp in de jaren ’50 tot ’70.

Ik zou nog meer kunnen opsommen, uiteraard. Heel concreet voor de gemeentepolitiek heeft het bestaan van de sp.a ook betekent dat Essen altijd een relevante, actieve en kritische oppositie had. Ze hebben die rol gelost, maar ik kan niet ontkennen dat wij tot vandaag daar de vruchten van plukken.

Ik wens hen nog honderd jaar erbij toe – al mogen er dat opnieuw 87 in de oppositie zijn, natuurlijk… Ik heb me hier al wel eens afgevraagd of ons politiek landschap zonder de sociaal-democratie kan en wie haar plaats dan kan overnemen. Gemakkelijk is het niet altijd, de verantwoordelijke stem op links zijn in een politiek landschap waar rechts rechtser wordt en links linkser, en waar verantwoordelijkheidszin op zijn zachtst gezegd niet altijd de eerste prioriteit is. Ook de sociaal-democraten worden er wel eens toe verleid, maar flirten met een populistische agenda is uiteindelijk niets hen. Zoals Jeremy Corbyn bewijst leidt dat enkel tot contradicties (en die maken hem onvermijdelijk mee verantwoordelijk – zij het in geringere mate dan pakweg een jaar geleden – voor de Brexitchaos in zijn land). Maar je kan jezelf ook weg regeren bij gebrek aan herkenbaar geluid, zoals Hollande in Frankrijk bewees.  Een moeilijk dilemma, met veel dimensies.  Eén daarvan is de vraag hoe ver je kan samenwerken met centrum-, centrum-rechtse of rechtse partijen – zie de Antwerpse, Vlaamse en federale coalitievorming, maar ook het Essense eeuwigdurende verbond met CD&V. En het is geen makkie voor alle niet-populisten, maar het vraagstuk van migratie en integratie is een wel zeer taaie kluif voor de sociaal-democratie. De Deense partijgenoten in Europa van Crombez zitten héél ver van pakweg het discours van de Brusselse PS daarover vandaan.

Ondanks dat dansen op een slappe koord stel ik vast dat de kleine helft van de nieuwe Europese Commissie uit leden van de Europese sociaal-democratie, de S&D-groep zal bestaan. Zo slecht ziet het er dus op dit ogenblik ook weer niet uit, dus. Ik vind dat toch enigszins geruststellend in politiek soms verwarde en verwarrende tijden, ook voor wie zoals ik geen rode rozen draagt (toch niet op politieke bijeenkomsten !).

Misschien komt er een tijd dat de Europese politiek zonder sociaal-democratie kan, maar voorlopig zie ik die tijd niet in het vooruitzicht. Dat ze dus maar aan hun tweede eeuw beginnen, ook in Essen. Waar er voor geëngageerde mensen met een hart voor de lokale gemeenschap, die geloven dat beleid een verschil kan maken, sowieso altijd plaats zal zijn.  Wellicht gaan we het nog vaak oneens zijn, maar dat is nodig in een democratie.

Reageren is niet mogelijk.