Archief van
Maand: januari 2012

Alles van waarde is weerloos

Alles van waarde is weerloos

Gisterenavond hield de socialistische cultuurvereniging Curieus haar 13e poëzieavond. Deze keer hadden ze mij mee op het programma gezet, wat een mooie gelegenheid was om nog eens in de gedichten te duiken. Wat een paar leuke ontdekkingen opleverde, die ik met enkele klassiekers en werk van mijn favoriete dichters to één geheel heb proberen te smeden. Het resultaat staat hier.

Schrijven is schrappen, zo bleek maar weer eens. Uiteindelijk geen Marsman, geen Henriette Roland Holst, geen William Blake, geen Hugo Claus, geen Bertold Brecht, geen Lucebert… De gedichten die het net niet haalden heb ik dan maar hier samengebracht.

De avond zat verder goed in elkaar, en de zang van Cantores bood een mooie afwisseling. Alleen vind ik het jammer dat redelijk veel van de genodigden uiteindelijk vooral voor proza kozen in plaats van voor poëzie. Met een beetje zoekwerk vindt iedereen die wat literair gevoelig is volgens mij ook dichtwerk dat hem of haar aanspreekt. De ars poetica verdient toch minstens één keer per jaar die aandacht.

Eentje nog om het af te leren. Opgedragen aan de presentatoren van gisterenavond, Jokke en Jeroen…

Komma

wie eenzaam
moe is
of teneergeslagen
wie nooit geaaid wordt
of gekust
vindt in de regel
aanspraak
troost in woorden
of bij een komma
even rust

Albert Megens

Mens sana in corpore Sany ?

Mens sana in corpore Sany ?

Op de commissie ruimtelijke ordening werd gisteren het ontwerp van het nieuwe bestemmingsplan voorgesteld voor het terrein aan Over d’Aa waar nu Sany Logistics gehuisvest is. Over dit plan hebben we in februari vorig jaar een brief gestuurd. We waren toen al bijzonder ongerust : Sany brengt heel veel vrachtwagenverkeer mee. Nu het bedrijf bestendigen via een RUP, en bovendien op hetzelfde terrein nieuwe bedrijven toelaten, leek ons een onmogelijke aanslag op de verkeersleefbaarheid van Over d’Aa.

Volgens de nota die toen voorlag was er nochtans geen probleem : op basis van puur theoretische berekeningen zorgt het plan niet voor meer verkeer dan de straat aankan. Daarbij werd geen rekening gehouden met het andere verkeer dat in de realiteit (niet in theoretische modellen…) door Over d’Aa komt. Terwijl de politie op vraag van de gemeente heel veel verkeerstellingen uitvoert, die overigens altijd nuttig zijn. Waarom werd er dan geen degelijke telling en analyse voor Over d’Aa uitgevoerd, zoals wij in onze brief hadden gevraagd ? En waarom werden alternatieve verkeersafwikkelingen voor het terrein, of alternatieve locaties voor een bedrijventerrein, niet bekeken.

Er moet een grondig mobiliteitsonderzoek gebeuren, waarin zowel met vrachtverkeer, personenwagens als fietsers rekening wordt gehouden. Als dat onderzoek zou aantonen dat mits een herinrichting van Over d’Aa de straat leefbaar kan blijven (eigenlijk “kan worden”), én als die herinrichting dan ondubbelzinnig wordt beslist, dan zouden we kunnen overwegen om het RUP alsnog te steunen.

Maar ik geloof er -tot bewijs van het tegendeel- niet in dat de plannen passen in de woonstraat die Over d’Aa is. Als Sany afbouwt of weggaat, zou het terrein volgens mij daarom best een bestemming krijgen met een kleinere impact op het verkeer en op de ruimte. Voor mij is het daarbij geen taboe om er gedeeltelijk terug landbouwgrond van te maken…

Weekend in C

Weekend in C

Een weekend cultuur. Vrijdagavond heb ik de toneelvoorstelling van Platho bezocht. Voor wie hen niet kent : Platho is een van oorsprong Horendonks gezelschap dat zich toelegt op het wat ernstiger amateurtoneel. Al heeft hun stuk van dit jaar “Larry’s favoriete chocoladetaart” een (tragi)komische inslag. Het geheel werd goed gebracht; er lopen bij Platho enkele sterke acteurs rond, en het speelplezier droop vaak van de planken. De Zolder in Nieuwmoer leende zich ook perfect voor het intieme stuk zonder al te veel theatrale pretentie.

Vandaag, zondag, stond de proclamatie van de “Junior Journalist”-wedstrijd van het Essense Davidsfonds op het programma. In mijn tijd heette die opstelwedstrijd, maar behalve de naam is er bijzonder weinig veranderd. Ik herinner me dat ik er minstens één keer op het podium stond, maar ook dat ik nooit goed weg wist met de thema’s die we opgelegd kregen. Ongewild en onvoorzien belandde ik weer op het podium, om enkele diploma’s uit te reiken. Ik heb dat met veel plezier gedaan, want jong schrijftalent verdient aanmoediging. Het winnende opstel werd ook voorgelezen. Het leek me een terechte winnaar, wegens een mooi evenwicht tussen een heel correct Nederlands en eigentijdse wendingen waar vroeger wellicht een rode streep doorheen zou zijn gegaan (“Is vast een makkie”).

Het hele gebeuren ademde, wat mij betreft, misschien toch iets te veel dezelfde sfeer uit als toen ik nog opstellen schreef in plaats van “blogposts”, al deed de ingehuurde verteller klein en groot aan zijn lippen hangen. Iets meer schwung en iets minder plechtigheid – aangepast aan de leeftijd van de laureaten, zou wellicht wel mogen. Maar dat doet niets af aan de blijvende waarde van het initiatief, aan de verdienste van de organisatie en uiteraard nog veel minder aan de waardering voor de winnaars. Dat ze vooral blijven schrijven.

Want Essen brengt soms meer schrijftalent voort dan we beseffen. Maar daarover volgende week meer…

Essen met de E van Economie ?

Essen met de E van Economie ?

Commissie lokale economie. Mogelijk de laatste van deze legislatuur, zoals voorzitter Ludwig Caluwé bij de afsluiting vaststelde. Er stond weinig wereldschokkends op de agenda, al vind ik de jobbeurs die het gemeentebestuur op 18 april organiseert een heel goed initiatief. Maar het is een beetje de zwaluw die de lente niet aankondigt. Het Essense economiebeleid mist een visie, een richting. Er ontbreken doelstellingen, en het besef dat een gemeentebestuur veel meer instrumenten in handen heeft dan het zelf beseft om mee sturing te geven aan de sociaal-economische koers die Essen vaart.

Dat betekent niet dat er geen goede initiatieven worden genomen : de ambtenaar die de moeilijke taak heeft lokale economie met huisvesting te combineren heeft er best wel pit in gebracht.

Maar het kader, de richting ontbreken. Bij de nieuwe bedrijfsruimte op de voormalige site Beckers wordt dan ook vooral gekeken naar een zo snel mogelijke opvulling ervan -nadat er in de planningsfase ontzettend veel tijd verloren ging- en veel minder naar de meerwaarde die de nieuwe bedrijven voor Essen creëren. Wat voor bedrijvigheid willen we, waar en voor wie ? Dat is de vraag die eigenlijk onvoldoende gesteld wordt. Dat maakt een coherent beleid moeilijk.

En dan valt het aan de vraagzijde van de arbeidsmarkt (de werkgevers) al bij al nog mee met het gemeentebeleid. Een aanbodbeleid ontbreekt helemaal – behalve in het OCMW, overigens. Het gemeentebestuur kan veel meer doen om ervoor te zorgen dat de Essenaren voorbereid zijn op de arbeidsmarkt van morgen. Zo zouden de vormingsinitiatieven die er gelukkig zijn beter op elkaar afgestemd en gekaderd moeten worden, en aangevuld met opleidingen die de witte vlekken wegwerken. En er kan nog veel meer. Een goed lokaal economiebeleid is een kwestie van willen, en weten waar naartoe. Volgend jaar misschien…

And the new chairman is…

And the new chairman is…

Terwijl ik in Oostenrijk zat heb ik uitzonderlijk één de vergaderingen van het Employment Committee (het Comité van de Werkgelegenheid, maar in alle talen afgekort tot EMCO) gemist. Nochtans geen onbelangrijke vergadering, want het ging over het Europees Semester en de band met de nieuwe “six pack”-procedure die uiteindelijk tot sancties kan leiden voor de landen die de aanbevelingen niet opvolgen. Wie de actualiteit een beetje opvolgt, weet dat dit niet zonder belang is. Als EMCO willen we een rol spelen in die procedure.

Een ander agendapunt op de vergadering was de verkiezing van een nieuwe vice-voorzitter, die ook de Indicatorengroep moet leiden. Het mandaat van de vorige voorzitter liep na twee jaar af. Maar de statuten houden geen beperking tot één termijn in. Wel voor de voorzitter van het Comité, overigens. De uittredende vice-voorzitter was opnieuw kandidaat, en bleek de enige. Dus werd hij herkozen.

Ik mag dus de Indicatorengroep blijven voorzitter. Ik vind dat nog altijd een groot voorrecht, omdat ik van die groep en de materie die we behandelen hou. En ook omdat het mij in de “inner circle” van het Comité brengt, met een redelijk goed uitzicht op de Europese besluitvorming. In een uiterst interessante periode. Niet altijd gemakkelijk, want soms komt het EMCO-werk als eens bovenop de andere taken. Maar die prijs betaal ik graag.

Stilaan begin ik wel eens naar een mogelijke opvolger uit te kijken. Ik weet al wie, zij nog niet. Maar er is nog tijd, natuurlijk…

In Vienna

In Vienna

Het was tien jaar geleden dat ik nog in Wenen was. Toen heb ik mezelf redelijk wat tijd gegund om de stad te bezoeken, en ook nu heb ik een dagje extra voorzien. Als een soort “opfrissing”, zeg maar. Na tien jaar mag dat wel, in deze prachtige stad. Niet dat ze veel veranderd is, maar daar was natuurlijk ook geen reden voor. De Oostenrijkse hoofdstad is een mooi architecturaal geheel, dat de geschiedenis van het Habsburgse keizerrijk en alles wat daarbij hoort uitademt. Omdat die Oostenrijkse keizers ook onze gewesten bestuurd hebben, is er bovendien een evidente link met de lage landen. Ik hou wel van dit kruispunt tussen Oost en West, van de klasse en de gezelligheid die de stad uitstraalt. Al heeft Wenen soms iets kunstmatigs waar Boedapest of Praag minder last van heeft.

Ik ben hier om nog eens het EMCO-rapport van 2010 over werkgelegenheid en leefmilieu voor te stellen. Dat doe ik graag, omdat ik het nog altijd een degelijk werk vind, ondanks de beperkte tijd en middelen die we ervoor hadden. En ik mocht op een enthousiast publiek rekenen, van enkele vormingsinstellingen uit verschillende landen (een school, maar ook private en publieke trainingsinstituten) die rond “green employability” gaan samenwerken. Ik was een gast in hun gezelschap, maar werd op alle vlakken uitstekend ontvangen. En ik zag nogmaals dat je op lokaal niveau op het gebied van vorming een verschil kunt maken. Goed om weten, ook op plaatsen met een wat minder imposant uitzicht en verleden dan Wenen !

Beste wensen

Beste wensen

De beste wensen voor een belangrijk jaar. Ik heb het de voorbije dagen regelmatig gehoord. Ik weet waarnaar de wensers verwezen, natuurlijk : dit jaar staan er gemeenteraadsverkiezingen op het programma. En die zijn inderdaad belangrijk. Toch heb ik enkele keren geantwoord dat álle jaren van belang zijn. In zekere zin zelfs méér.

Dit jaar beslissen wij, gemeenteraadsleden, maar heel weinig. Het beleid ligt vast, en alles wat nieuw wordt aangekondigd is met een zeer sterk voorbehoud, zelfs als het door een meerderheid in de huidige gemeenteraad wordt gedragen. Dit is vooral een jaar waarin de stem van de kiezer van belang is. En die moeten wij nu eenmaal voor een belangrijk deel ondergaan. Zo hoort het ook, gelukkig maar. Wij kunnen wel plannen maken, een richting aangeven die we uit willen, ideeën bijeenbrengen. Maar of en hoe we er iets mee kunnen doen bepaalt de kiezer. Dat maakt het tot een spannend jaar, maar de belangrijke beslissingen liggen niet in onze handen.

De Essenaar zal mij en mijn collega’s beoordelen op het werk dat we gedaan hebben, en dat kunnen we niet meer veranderen. En op onze plannen voor de toekomst, maar die zijn niet meer dan dat : plannen. Zonder uw zegen komen die er niet.

Ik wens mezelf en mijn mederaadsleden, of andere kandidaten, vooral de bescheidenheid en de zelfrelativering toe om dat te beseffen. In de wetenschap dat sommigen onder ons (25, om precies te zijn) ook na het volgende nieuwjaarsvuurwerk het voorrecht zullen hebben om 5 jaar lang wél beslissingen te nemen. Binnen het kader dat de kiezer uittekent, en in de mate dat diens wensen ook gerespecteerd worden. Maar dat is natuurlijk wel de bedoeling. Die van mij dan toch, in elk geval…