In de stemming

In de stemming

Er komen verkiezingen aan. Van een politicus wordt dan een mening verwacht. Dat geldt wellicht ook voor een lokaal politicus. Zeker als die zelf ook twee keer kandidaat is geweest voor een plaatsje in het Vlaams Parlement, al ging het twee keer om een volstrekt onverkiesbare plek op een lijst. In 2009 was ik kandidaat op de lijst van de toenmalige Sociaal-Liberale Partij (SLP). Die heeft het toen niet waargemaakt, ondanks enkele goede peilingen en een redelijke media-aandacht. Ik hoop dat met name de PVDA zich nog niet rijk rekent… Eind 2010 werd de SLP ontbonden. Eigenlijk ging de partij op in Groen, maar daar zijn nauwelijks nog sporen van terug te vinden. Bij de ontbinding schreef ik hier dat ik een Vlaams-progressief sociaal-liberaal zou blijven. Daar neem ik alvast geen woord van terug.

In 2010 trok ik naar het stemhokje zonder partijkaart. Ik deed zoals zovelen de Stemtest en kwam bij blauw, groen en geel uit. Voor iemand die het jaar voordien nog uitgesproken voor een partij koos die niet meer bestond, was het niet zo verbazend dat er geen eenduidig antwoord kwam, natuurlijk. Mijn kleur ontbrak eigenlijk in het palet.

Wat daarvan vier jaar geleden het resultaat is geweest, hoort bij het geheim van de stemming. Ik kan er wel bij vertellen dat ik het rendement van mijn stem niet optimaal vind, nu ik erop terugkijk. Als ik vandaag de Stemtest doe, kom ik opnieuw bij dezelfde drie kleuren uit. Met afwisselend de ene of de andere bovenaan, afhankelijk van het politieke niveau waarover het gaat. Wat me op zich niet zo verbaast. Ik deed overigens ook de Waalse stemtest en was wél zeer verbaasd over het resultaat. Wat ben ik blij dat ik daar niet moet kiezen ! Onlangs bij de gemeenteraadsverkiezingen in Nederland testte ik mijn (fictieve) stem ook. Ik kwam uiteraard bij D66 uit, en GroenLinks dat me een stuk beter ligt dan het Vlaamse Groen eindigde ook dicht bovenaan.

Op 25 mei kiezen we in Vlaanderen, en voor drie parlementen. Op Vlaams en federaal niveau is het wat mij betreft tijd voor een stevige trendbreuk. Niet dat ik mijn zin voor nuance verloren ben : ook in de regering Di Rupo werd door een aantal ministers goed werk verricht. Maar al bij al vind ik het vandaag tijd voor een meer doortastende aanpak. Voor verandering. Om de toekomst veilig te stellen.

Ook voor Europa zijn dit cruciale verkiezingen. Ik heb hier eerder al geschreven dat vanuit Vlaanderen uitstekende kandidaten naar voren worden geschoven. Nieuw is dat dit ook de eerste verkiezingen zijn waarbij de Europese fracties uitdrukkelijk een kandidaat-commissievoorzitter naar voren schuiven : Jean-Claude Juncker voor centrum-rechts (de partijen rond de christen-democraten), Martin Schulz voor de sociaal-democraten en onze Guy Verhofstadt voor de liberalen. De groenen kozen voor een duo (Ska Keller en José Bové) en ook extreem-links schuift een kandidaat naar voor (Alexis Tsipras). Hoewel het niet duidelijk is of Merkel, Sarkozy en Cameron de keuze van de kiezer gaan respecteren –zo die al duidelijk is– er is toch een soort pan-Europees debat ontstaan rond deze kandidaten. Ik vind dat een stap vooruit, al heeft het even geduurd vooraleer ik daarvan overtuigd was. Ik besef wel dat mijn afstand tot de Europese instellingen kleiner is dan voor de meeste kiezers het geval is. Bovendien houdt mijn huidige Europese rol me ook een beetje tegen om openlijk partij te kiezen. Maar de keuze voor een bepaalde fractie in het Europees Parlement en voor een kandidaat-Commissievoorzitter gaat zeker meespelen in het stemhokje.

Tenslotte blijk ik natuurlijk in de eerste plaats een Essens politicus. Maar ook dat speelt natuurlijk een rol. Onze N-VA/PLE-fractievoorzitter staat op plaats 26 op de Vlaamse lijst van N-VA. Ik ken Dirk al zo’n 35 jaar en werk in de politiek al ongeveer 25 jaar met hem samen. Ik blijf dat elke dag opnieuw een voorrecht vinden. Ik kan hem alleen maar aanbevelen.

Reageren is niet mogelijk.