Thessaloniki

Thessaloniki

Ὡς οὐδείς ἂπολις, μέχρις ἂν ἡ τῶν Θεσσαλονικέων ᾖ πόλις – Niemand zal zonder vaderland zijn zolang Thessaloniki bestaat.  Een 14e eeuwse versregel die op de kruispunt rol van de stad waar ik eindelijk ben geraakt wijst.  De op één na grootste en belangrijkste Griekse stad, die voordien zo lang de op één na grootste en belangrijkste stad van het Romeinse (Byzantijnse) Rijk was, na Constantinopel.  Een stad die na de stichting ervan altijd belangrijk is gebleven en een centrale rol speelde in het Romeinse Rijk.  De stad waar de oudste delen van het Nieuwe Testament naar verwijzen (de twee brieven van Paulus aan de christenen van Thessaloniki) met een zeer rijk Byzantijns-christelijk erfgoed, met een aantal zeer oude en indrukwekkende kerken.  De stad die na de val van Constantinopel een metropool van het Ottomaanse Rijk werd.  Die tijdens die moslimheerschappij de joden opving die door de christelijke Reconquista uit Spanje werden verjaagd en bij de Sultan een vaderland vonden.  Waardoor Thessaloniki op een bepaald moment de meest joodse stad ter wereld was, met bijna de helft joodse inwoners, waar daardoor de meest gesproken taal Ladino was, de joodse variant van het Spaans.  De opeenvolgende oorlogen van de 20e eeuw beslisten over het lot van de stad -die op het nippertje in Griekse en niet in Bulgaarse handen viel- en onvermijdelijk ook over het lot van de joden.  De geboorteplaats, tenslotte, van Kemal Ataturk, de stichter van het moderne Turkije – die wellicht ook daarom af en toe door Turkije geclaimd wordt.

Vandaag is het een Griekse metropool aan de zee, hoofdstad van Macedonië, meer op mensenmaat van Athene, en die ook iets van het kruispunt van culturen dat de Balkan is bewaard heeft.  Een havenstad met een trotse Witte Toren als merkpunt.  Een beetje een Antwerpen aan de Middellandse Zee, compleet met een hoorbaar accent in de spreektaal.

Ze stond al erg lang op mijn verlanglijstje, en ik ben er dus eindelijk eens geraakt.  In de zomer, hoewel wellicht een citytrip in de lente of de herfst meer een aanrader is.  Het was er warm, maar dat was het ongeveer overal in Europa.  En musea hebben airconditioning.  Ik bezocht met name het Byzantijns Museum, waar een vriendin van mijn vrouw werkt, en was behoorlijk onder de indruk : het bevindt zich in een erg mooi gebouw en geeft de geschiedenis van de stad weer vanaf de vroeg-christelijke periode tot de val van het Romeinse (Byzantijnse) Rijk in de 15e eeuw, en vervolgens het verhaal van het christendom in de Ottomaanse periode.  Het vlakbij gelegen Archeologisch Museum vult mooi aan, met de meer Hellenistische en Romeinse geschiedenis van de stad.  Jammer genoeg bleek het joods museum niet alleen op zaterdag (dat had ik moeten weten) maar uitzonderlijk ook op zondag gesloten.  Dan heb ik maar een extra wandeling gemaakt en een terrasje aan de waterkant gedaan…

Van Thessaloniki nam ik de trein naar Athene.  Een goede keuze, wat al is het Griekse spoorwegnet behoorlijk onderontwikkeld, deze lijn brengt je relatief snel en comfortabel naar de andere kant van het land.

Reageren is niet mogelijk.