Bij de dood van God

Bij de dood van God

Dat ik even niet aan deze blog ben toegekomen heeft het voordeel dat ik wat afstand kan nemen. Uiteraard was de zelfmoord van Steve Stevaert een schok. Die me meteen deed denken aan het stukje dat ik hier over Jeremy Clarkson schreef : de politicus verdient het om als politicus te worden beoordeeld. Het oordeel over de mens Stevaert is veel moeilijker, en ik hoop vooral dat zijn nabestaanden en de vrouw die hem voor de rechtbank bracht de nodige rust kunnen vinden.

Steve Stevaert was een straf politicus. Hij heeft samen met Guy Verhofstadt het politieke landschap opengebroken en de kiezer ervan overtuigd om de platgetreden paden te verlaten. Het is niet evident om een etiket te plakken op zijn versie van de sociaal-democratie. Noem het eclectisch, populistisch of überpragmatisch. Soms lag zijn verhaal dicht bij het sociaal-liberalisme, maar even goed kon het moralistischer dan de christen-democratie zijn.

Ik twijfel sterk aan de inherente coherentie van het verhaal. Aan de lange termijnvisie. Ik acht Stevaert er mee verantwoordelijk voor dat de sp.a tot vandaag vaak aarzelt om te doen wat moet gebeuren, ook en vooral vanuit de bekommernis voor de sociale cohesie van de samenleving, om zo tegenstand uit de weg te gaan. Maar niemand kan ontkennen dat hij als geen ander wist om te gaan met de contradicties die nu eenmaal eigen zijn aan een democratisch politiek project dat zowel wil realiseren als overtuigen en erin slaagde om die tegenstellingen te vertalen in iets dat minstens een tijd lang aansloeg. In 2003 werd sp.a-spirit zowaar de grootste partij (op de Senaatslijst). In Vlaanderen. Iets meer dan tien jaar geleden. Het blijft een electorale prestatie van bovenmenselijk formaat.

Die bijdrage aan de politieke volatiliteit, de focus op de politicus die zélf het verschil kan maken als leider maar vooral als communicator, en ook de kartelformule op zich, herschiepen het politieke landschap dat later Yves Leterme en Bart De Wever zou opstuwen. Met een situatie als gevolg die verre van ideaal is, maar die vanuit democratisch oogpunt alleszins te verkiezen valt boven de vastgeroeste stemverhoudingen van weleer, waarin een percent vooruitgang een verkiezingsoverwinning van formaat was.

Stevaert heeft de Vlaamse politiek een beetje naar zijn beeld en gelijkenis herschapen. En verdiende dus de bijnaam „God” – al wist hij zelf wellicht dat daar de politieke Icarusval in ingebakken zat. Dat de val hem ook persoonlijk zou treffen had hij mogelijk niet voorzien. Over de politicus zal de geschiedenis nog kunnen oordelen – over de persoon alleen God. De ene of de andere, al naargelang wie men gelooft.

Overigens vind ik dat de Vlaamse media in het algemeen vrij correct zijn omgegaan met de dood en de nalatenschap van Stevaert. En dat relativiteit en nuance noodzakelijke medicijnen zijn, die met mate moeten worden genuttigd, terwijl van consequentie hogere dosissen zouden voorgeschreven mogen worden.

Reageren is niet mogelijk.